zondag 20 november 2016

Klas 4, Leesverslag Marte Jacobs

Verwerkingsopdracht ‘Leesgroep’
Marte Jacobs, van Tim Krabbé (leesniveau 3)
Anneloes Zweere, Birgit Bosch en Judith Gabel, 4B


A: gemeenschappelijk

Verwachtingen: toen we aan dit boek begonnen had niemand van ons verwachtingen over hoe het verhaal zou verlopen of over de manier van schrijven. Dit is voor ons allemaal de eerste keer dat we een boek van Tim Krabbé lezen. We werden van de kaft en flaptekst ook niet veel wijzer. De kaft bestaat uit een geel vlak met enkel de titel en schrijver vermeld. De flaptekst bestaat uit een geciteerd stukje van het verhaal, een stukje wat geen algemene informatie over het verhaal geeft. We hadden ook niet van iemand anders gehoord waar het verhaal over zou gaan. We werden het diepe in gegooid en konden dus niet echt verwachtingen hebben. 

Titelverklaring: de titel van het boek is ‘Marte Jacobs’. Het gehele boek staat in teken van een meisje met de naam Marte Jacobs. Emile Binnenbaum is de hoofdpersoon en zijn onmogelijke jeugdliefde was Marte.

Personages:
Emile Binnenbaum: dit is de hoofdpersoon van het boek. Hij schrijft graag gedichten en is zijn schooltijd hoofdredacteur van de schoolkrant. Hij voelt zich extreem aangetrokken tot Marte Jacobs, maar hij weet dat het een onmogelijke liefde is.
Marte Jacobs: het mysterieuze meisje waar het hele boek om draait.
Willem Reiff: dit is een leeftijdsgenoot van Emile. Emile en Willem kennen elkaar omdat ze bij elkaar in de klas hebben gezeten.
Thérese Wenneker: dit is de vriendin van Emile, het knapste meisje van de school. Hij vindt Marte eigenlijk leuker, maar omdat een relatie met haar onmogelijk is blijft hij bij Thérese.

Zaken als setting, perspectief, open plekken, enzovoort:
Perspectief: het perspectief is personaal (hij-verteller), alle gebeurtenissen worden beschreven door de dichter Emile Binnenbaum. Je leert al zijn gevoelens voor Marte kennen. Hij vertelt ook over zijn ontmoetingen met Marte. Tot het einde toe is het perspectief personaal.
Setting: de eerste ontmoeting tussen Marte en Emile was in Schoorl, de rest van de ontmoetingen speelden zich af in Amsterdam. Ook het Amstel Lyceum hoort erbij, want hier gebeurde er ook veel tussen Marte en Emile en dit is de school waar beiden op zaten.
Open plekken: heeft Marte iets met Willem? Zien ze elkaar vaker? Denkt Marte nog weleens aan Emile? Waarom heeft Marte zelfmoord gepleegd? Je vraagt je ook af waarom Emile geen actie onderneemt en niet aan Marte duidelijk maakt dat hij verliefd op haar is.

Thema en eventuele motieven: 
Motieven: pasgeboren girafje: zo heette het gedicht van Emile, dit gedicht gaat over Marte. Het gedicht komt telkens weer terug in het verhaal. 
Kronkeltochten: Emile en Marte spreken telkens met elkaar af, de plek waar ze afscheid nemen is de volgende keer de ontmoetingsplek. Dit worden kronkeltochten genoemd en komt ook telkens terug in het verhaal.
Dromen: tijdens de eerste ontmoetingen tussen Emile en Marte vertelt Marte haar dromen. Er is een droom die iets voorspeld voor de toekomst. Dit komt dus ook telkens terug.
Thema: het thema van dit boek is een onmogelijke liefde, de veel oudere Emile ontmoet een negenjarig meisje waar hij meteen een goed gevoel voor heeft. Ze voelen zich meteen verbonden, later ontmoeten ze elkaar weer in een onmogelijke situatie. Hij blijft haar telkens ontmoeten, maar de liefde blijft onmogelijk. Emile ontmoet Marte later opnieuw op de reünie van school. Het leeftijdsverschil is niet meer belangrijk, maar Willem Reiff neemt haar aan het einde van de reünie mee. Zo blijft de liefde van Emile voor Marte een onmogelijke liefde.

Oordeel: Marte Jacobs bestaat uit 166 pagina’s, dat is niet zo heel veel. Afgezien van het feit dat het een klein boek is, is het heel makkelijk te lezen en heb je het zó uitgelezen. Het verhaal is heel duidelijk ook al is er een grote hoeveelheid flashbacks en terugverwijzingen, wat het verwarrend zou kunnen maken. Het verhaal verveelt ook niet. Als je er even de tijd voor neemt, zou je het in één dag uit kunnen lezen zonder dat je je verveelt. We waren alleen een beetje teleurgesteld in het einde, Marte en Emile komen niet samen en voor Marte eindigt het al helemaal ongelukkig. Maar dat het juist niet zo’n lang-en-gelukkig einde heeft, maakt het boek bijzonder.


B: persoonlijke conclusie

De samenwerking in ons groepje is goed verlopen en alle opdrachten zijn eerlijk verdeeld. Zoals al eerder is genoemd, is het heel fijn dat het zo makkelijk te lezen is. Op die manier kan je er snel doorheen en ik denk dat dit boek zelfs voor mensen die niet zo van lezen houden en snel afgeleid zijn, goed leesmateriaal is. Nu ik het heb gelezen wil ik nog wel een boek van Tim Krabbé lezen. Ik vind Marte Jacobs absoluut een aanrader. 

zaterdag 1 oktober 2016

Klas 4, Leesverslag het Diner

Leesverslag 'het Diner'

De schrijver is Herman Koch
De titel is het Diner
Ik ben Judith Gabel, uit 4B

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave
Inleiding
Een korte samenvatting
17 punten van De Groene Amsterdammer
Conclusie

Inleiding

Voor Nederlands in de bovenbouw is het de bedoeling om Nederlandse volwassen literatuur te lezen, en ik heb daar persoonlijk nog niet veel ervaring mee. Dus toen we een boek moesten kiezen had ik geen flauw idee wat ik zou moeten lezen... Ik vroeg aan mijn moeder of zij misschien iets wist en toen kwam ze met dit boek aanzetten, dus ik heb 'het Diner' gelezen.

Een korte samenvatting

Paul Lohman gaat samen met zijn vrouw, Claire Lohman, zijn broer, Serge Lohman, en zijn schoonzus, Babette Lohman, uit eten. Tijdens dit diner worden er over alledaagse dingen gepraat, maar naarmate de avond toeneemt, stijgt ook de spanning. De zonen van beiden echtparen zijn namelijk in een ernstig ongeval verstrikt geraakt. De ouders proberen hier op hun eigen manier een oplossing voor te bedenken. Tijdens het verhaal worden er flashbacks beschreven die elke keer meer informatie onthullen.

De 17 punten van De Groene Amsterdammer

In dit hoofdstuk analyseer ik het Diner volgens de 17 punten die De Groene Amsterdammer heeft gemaakt als gids om een goede bestseller te schrijven.

1) De inzet is hoog, maar niet opvallend hoog. De hoofdpersoon zelf, Paul Lohman, is niet een beroemd icoon. Maar zijn broer, Serge Lohman, is in dit verhaal een bekend politicus. Serge komt is wel sterk aanwezig in dit verhaal.
2) De held, Paul, lijdt absoluut aan persoonlijke conflicten. Er wordt tijdens het lezen steeds meer informatie gegeven door flashbacks en gedachten. Het blijkt dat Paul erfelijke agressieproblemen heeft. Bovendien heeft zijn zoon, Michel, ook een ernstig persoonlijk conflict waar Paul ook bij betrokken wordt.
3) Er zijn 301 pagina's besteedt aan 1 diner. Wat inhoudt dat er flink wat details worden beschreven. 
4) Het diner zelf speelt in één ruimte af, maar door flashbacks en wc-bezoekjes zijn er meerdere ruimtes. Bij elke ruimte vond ik het makkelijk om de ruimte in mijn hoofd te schetsen.
5) Door de gedatileerde gedachtenstromingen die je meemaakt van Paul, merk je dat hij absoluut geen optimaal zelfvertrouwen heeft. Hij twijfelt aan alles en insinueert ontzettend veel. Hij zoekt overal een tweede of zelfs een derde betekenis achter.
6) Omdat de lezer in het begin nog weinig informatie heeft, speelt het lot nog niet zo'n grote rol. Maar richting het einde begin je je wel af te vragen hoe het af gaat lopen.
7) Ik zou niet zeggen dat de karakters heel buitensporig zijn. Maar juist dat vind ik heel prettig, zo kan je jezelf herkennen in de karakters en op bepaalde fronten met hen meedenken.
8) Zoals al eerder genoemd zijn er absoluut conflicten aanwezig. Paul's persoonlijke issue, het probleem rond Michel, maar ook de relatie tussen Paul en Serge. Die is blijkbaar niet helemaal optimaal, wat bijdraagt aan het probleem rond Michel.
9) Aangezien het boek maar één avond beslaat, kan je niet veel progressie zien. Wel dat de sfeer minder bedrukt is later op de avond, maar dat heeft misschien met de hoeveelheid alcohol te maken.
10) Paul's agressie probleem wordt zeker op de proef gesteld. Vooral in de flashbacks komt dat sterk naar voren. Vaak loopt het dan ook niet al te best af.
11) Persoonlijk zou ik niet zeggen dat ik echt ben gaan houden van één van de karakters. Ik heb niets tegen ze hoor, daar niet van, maar van ze houden is een té groot woord.
12) Er zijn soort van subplots; in het begin denk je dat ze er zijn door informatiegebrek, maar later komen ze allemaal samen en blijkt er maar één verhaallijn te zijn.
13) Het Diner is niet echt een verbluffende titel, maar nu ik het boek heb gelezen, zou ik geen andere kunnen bedenken.
14) Ik denk niet dat er sprake is van 'Show, Don't Tell'. Dat komt omdat Paul over alles wat hij ziet en hoort uitgebreid nadenkt. Hij haalt de tweede betekenis al weg voordat jij erzelf over na hebt kunnen denken.
15) Als je kijkt naar andere boeken van Herman Koch, kun je absoluut zeggen dat hij zijn eigen soort bestseller heeft gecreeërd. Het is origineel en het lijkt niet op andere boeken die ik heb gelezen.
16) Halverwege het boek, als alle informatie bekend wordt gemaakt en alle verhaallijnen bij elkaar komen, is er zeker sprake van een onverwachte ontwikkeling. Hiermee bedoel ik de misdaad die Michel met Beau en Rick, de zoon van Serge en Babette, hebben begaan.
17) Er worden door de ouders verschillende oplossingen bedacht die elk hun eigen gevolgen hebben. Het is tot het einde toe spannend welke oplossing uiteindelijk Michel gaat redden.

Conclusie

Op een enkele punt na (7, 11 en 14) voldoet het aan alle punten om een goede bestseller te zijn. Nadat ik het zo bekeken, en na wat ik heb gelezen kan ik een persoonlijke conclusie trekken. Ik zou zeggen dat het Diner een goede bestseller is en ik raad het zeker aan om te lezen.

zondag 18 september 2016

Klas 4, Verwerkingsopdracht 4: Kunst

Een werk van Escher dat past bij de tekst de zonnewijzer.


Ik vind dat het werk het trappenhuis van Escher bij het verhaal past, omdat niemand de reden weet van Roos' dood. Er worden theoriën bedacht, maar niemand komt verder dan de gegeven rede; een zonnesteek. Het fragment blijft daar maar op terug komen en spint rond als een soort eindeloos trappenhuis, zoals in de tekening. Waarschijnlijk wordt de rede later in het boek duidelijk, maar Roos' dood is in dit gedeelte nog niet op te lossen.

donderdag 1 september 2016

Klas 4, Leesautobiografie

Door Judith Gabel, 4B

Mijn vader las vroeger samen met mij Pol, Pel en Pingo voor het slapen. Ik luisterde naar luisterverhalen op mijn radiootje en later ging ik ook zelf boeken lezen. Mijn favoriete jeugdboeken zijn toch wel de verhalen van Annie M.G. Schmidt. We hadden ook cd's van V.O.F. De kunst die die verhalen in liedjes vertaalde. Daar luisterde ik graag naar in de auto. Verder las ik graag Dolfje Weerwolfje en Harry Potter. Stripboeken waren ook wel mijn ding toen. 

Op school lazen we vooral sprookjes, verhalen over legendarische figuren. Een verhaal dat me altijd is bijgebleven, ging over een man die, volgens anderen, niets kon bereiken. Maar hij zei altijd: 'alles kan, als je maar wilt.' In groep 8 hebben we de oorlogsverhalen van de opa van een jongen uit mijn klas gelezen. We gingen daar als klas serieus en met respect mee om. Ik was in die tijd ook erg geïnteresseerd in de Tweede Wereldoorlog. Ik luisterde naar het dagboek van Anne Frank en ik las ook verhalen van mijn eigen familie in de oorlog. Vooral van mijn vader's kant zijn intrigerende verhalen, over Nederlands-Indië en de Jappenkampen.  

Toen ik op de middelbare school kwam had ik de Harry Potter serie al vier keer uitgelezen. Ik wilde iets nieuws. Ik begon the Hunger games, the Maze runner, Divergent en Twilight. Ik kon mezelf helemaal verliezen in een boek. Ik had meestal in een kleine week een boek uitgelezen. Ik daagde mezelf uit om sneller te lezen. Ik heb in mijn tweede tweede jaar (ik ben een jaar blijven zitten) en in mijn derde jaar, niet heel erg veel tot vrijwel geen boeken gelezen. In de zomervakantie van het derde naar het vierde schooljaar ben ik weer begonnen. Ik weet niet goed hoe je de hele serie noemt, ik zou zeggen 'the Shadow Hunters'. In zes weken heb ik daar zes boeken van gelezen en ik was er wel tevreden over (qua tempo). Dus ik moet nu weer iets nieuws vinden om mezelf bezig te houden.

Ik denk dat ik sinds kort op niveau 3 zit, ik krijg meer interesse voor volwassen literatuur en boeken die een verborgen boodschap hebben. Ik heb het boekje 'le Petit Prince' gelezen, dat was voor mij echt een eye-opener in de wereld van literatuur. Een paar weken geleden ben ik een nieuw boek begonnen: 'de boekendief', maar ik wacht nog even met verderlezen zodat ik die voor mijn lijst kan laten meetellen. Dat is namelijk ook volwassenliteratuur. Je merkt het verschil ook wel qua lezen. Ik voel me uitgedaagd om de boeken voor mijn lijst te lezen. Zo blijf ik hopelijk in elk geval gemotiveerd om te blijven lezen.

zaterdag 2 april 2016

Klas 3, Leesverslag Harry Potter en de Geheime Kamer

Leesverslag 'Harry Potter en de Geheime Kamer'

Geschreven door J.K. Rowling
De titel is Harry Potter en de geheime kamer
Ik ben Judith Gabel uit 3D

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave
Inleiding
Hoofdstuk 1: Zakelijke gegevens
Hoofdstuk 2: Samenvatting van het verhaal
Hoofdstuk 3: Mening
Hoofdstuk 4: Verwerkingsopdrachten
Bronvermelding

Inleiding

Mijn vorige leesverslag ging over het boek 'Harry Potter en de Steen der Wijzen', 'Harry Potter en de Geheime Kamer' is het vervolg. Zo weet je als lezer van mijn verslagen het vervolg van het vorige boek. In mijn vorige verslag stond ook dat ik vroeger een grote fan was van de Harry Potter serie, ik vind het leuk om daar nu iets mee te doen. Ik ga vertellen wat ik van het boek vind en waar het over gaat.

Hoofdstuk 1: Zakelijke Gegevens

Aangezien het boek vanuit het Engels naar het Nederlands is vertaald, is de eigenlijke titel 'Harry Potter and the Chamber of Secrets'. Het is het tweede deel uit de zeven delen van de Harry Potter serie. De naam van de auteur is J.K. Rowling. Het boek heeft 254 bladzijden. De Nederlandse vertaling is uitgegeven door Uitgeverij De Harmonie en Wiebe Buddingh in 1999. Het boek is verfilmd in 2002 door Warner Bros.

Hoofdstuk 2: Samenvatting

Het boek begint op de verjaardag van Harry. Harry is bij de Duffelingen, want het is zomervakantie. Uiteraard zijn de Duffelingen zijn verjaardag vergeten. Harry gaat naar zijn kamer en ziet iemand op zijn bed zitten. Het is Dobby, de huiself van de familie Malfidus. Dobby komt Harry waarschuwen dat hij niet terug moet gaan naar Zweinstein., het zou veel te gevaarlijk zijn.
Na een ongelukje wordt Harry opgesloten op zijn kamer. Gelukkig komen Ron, Fred en George Wemel hem bevrijden met een vliegende auto. Harry gaat logeren bij Ron. Het is er geweldig! Met de hele familie Wemel gaat Harry naar de Wegisweg om nieuwe schoolboeken te kopen. Meneer Wemel kreeg ruzie met meneer Malfidus en Lucius Malfidus stopt stiekem iets in een van Ginny's boeken. Harry en Ron gaan met de vliegende auto naar school. Het hek op perron 9 3/4 ging niet open. Later blijkt dat Dobby hiervoor heeft gezorgd. 
Op Zweinstein gaat alles zijn gangetje. Ze krijgen lessen van Smalhart, een professor die vooral zichzelf erg geweldig vindt. Vreemd is dat Harry vaak een stem hoort: "Kom.. kom hier... ik wil je doden." Samen met Ron gaat Harry op zoek waar de stem vandaan komt. Ze lopen door een gang en zien een bord: DE KAMER IS GEOPEND. HOEDT U, VIJANDEN VAN DE ERFGENAAM. Ook zien de mevrouw Norks hangen, de kat van Vilder. De kat is versteend en hangt aan een kaarsenstandaard.
Hermelien komt achter de geschiedenis van de Geheime Kamer: Zalazar Zwadderich was tegen Dreuzelkinderen, daardoor kreeg hij een ernstig conflict met Goderic Griffoendor, waardoor Zwadderich de school een tijdje verliet. Volgens de legende heeft Zwadderich een Geheime Kamer in het kasteel gebouwd waar alleen hij van wist. In de jaren erna zijn er verschillende zoektochten naar de kamer gedaan, maar zonder resultaat. Alleen de erfgenaam van Zwadderich kan de kamer vinden. Harry, Ron en Hermelien denken dat Malfidus de erfgenaam is, maar komen niet veel te weten. Ondertussen worden steeds meer leerlingen aangevallen en versteend, onder andere Hermelien.
Dan vindt Harry een dagboek bij Jammerende Jenny, een spook dat in de meisjes-wc woont. Op het dagboek staat M.A. Vilijn. Er staat niets in, maar toch is Harry geboeid door het boekje. Als Ginny Harry met het dagboek ziet, wordt ze doodsbang. Harry gaat in het dagboek schrijven. Het dagboek schrijft terug. Marten Vilijn vertelt hem over de Geheime Kamer. Hij zegt dat jaren terug Hagrid de Kamer geopend heeft en daarom van school is gestuurd. Harry kan het zich niet voorstellen. Ook nu is Hagrid weer verdacht en hij wordt naar Azkaban gestuurd. Vlak voordat hij wordt opgehaald fluistert Hagrid tegen  Harry en Ron: "Volg de spinnen." Dat doen Harry en Ron en zo komen ze in het Verboden Bos, waar ze de supergrote spin Aragog tegenkomen. Aragog vertelt hen dat Hagrid nooit de Geheime Kamer heeft geopend. Aragog wil Harry en Ron opeten, maar net op tijd vinden ze de vliegende auto terug. Ze vluchten weg.
Harry en Ron gaan op bezoek bij Hermelien in de ziekenzaal. Ze heeft een briefje in haar hand. Het blijkt een bladzijde uit een boek te zijn. Het gaat over de Basilisk, de koning der slangen. De basilisk kan met zijn blik mensen doden. Als mensen niet rechtstreeks in zijn ogen kijken, kon hij mensen en dieren verstenen. Spinnen vluchten voor de basilisk. Dit briefje zet Harry op het spoor van de oplossing.
Ginny blijkt door het monster meegevoerd te zijn naar de Geheime Kamer. Harry en Ron gaan eerst naar Smalhart, die als leraar Verweer tegen Zwarte Kunsten zou moeten kunnen helpen. Smalhart probeert er vandoor te gaan.  Harry en Ron dwingen hem het toilet van Jenny binnen te gaan.Jammerende Jenny vertelt dat ze dood gegaan is in het toilet en dat ze twee reusachtige gele ogen heeft gezien. Harry kijkt naar de kraan en ziet dat er een slangetje op is gekrast. Harry roept in Sisselspraak: "Ga open!" Er verschijnt een grote pijp. Harry, Smalhart en Ron laten zich in de pijp vallen die naar de Geheime Kamer leidt. Alleen Harry komt echt in de Kamer. Hij ziet Ginny in een hoek van de kamer en komt Marten Vilijn tegen. Vilijn blijkt degene die 50 jaar terug de kamer heeft geopend. MARTEN ASMODOM VILIJN, de letters vormen samen: MIJN NAAM IS VOLDEMORT. Er volgt een gevecht tussen Voldemort en Harry. Voldemort stuurt de basilisk op Harry af. Harry krijgt hulp van Felix de feniks en de Sorteerhoed. Het zwaard van Griffoendor blijkt in de sorteerhoed te zitten. De Basilisk wordt afgeleid door Felix, maar Harry is al zwaargewond en voelt dat hij doodgaat. Felix begint te huilen, zijn tranen druppen in de wond van Harry. De tranen helen de wonden. Harry steekt de Basilisk in zijn ogen en de Basilisk gaat dood. Dan pakt Harry een afgebroken giftand van de Basilisk en steekt deze in het dagboek. Voldemort gilt en verdwijnt. Ginny ontwaakt en vertelt Harry dat zij de Erfgenaam van Zwadderich is. Via het dagboek was Ginny beïnvloed door Voldemort. Alle versteende leerlingen en mevrouw Norks komen weer tot leven. Dobby wordt vrijgelaten. Alles is goed.

Hoofdstuk 3: Mening

Dit boek maakte me nieuwsgierig toen ik het las, Harry probeert een mysterie op te lossen en de lezer probeert er ook achter te komen wat er aan de hand is. Dus elke keer als er een nieuwe aanwijzing wordt gegeven, gaan niet alleen de personages maar ook de lezers nadenken. Dus de lezer wordt nieuwsgierig naar nieuwe aanwijzingen en hints. Dat zorgt er ook voor dat je blijft lezen.

Het boek is ontzettend verrassend, je ziet vaak dingen niet aankomen en komen onverwacht. Toen, bijvoorbeeld, Hermelien werd versteend, was ik erg verrast. In de meeste boeken blijven de hoofdpersonen ongedeerd en gaan ze, heel toevallig, nét niet dood. Maar omdat ze was versteend, was ze een tijdje uitgeschakeld in het verhaal. Dat had ik niet zien aankomen. En verrassingen en onverwachte wendingen zijn voor de lezer erg leuk, ook dat maakt nieuwsgierig en zorgt ervoor dat je blijft lezen.

De manier waarop is geschreven laat me meeleven met de karakters. Bijvoorbeeld, toen Ginny verdween, was Ron verdrietig, bang en boos over de ontvoering van zijn zusje. Op dat soort momenten leef je mee met de karakters en de pijn die ze voelen. Dat zorgt er ook voor dat je het boek realistischer begint te vinden, ook al is het pure fictie. De lezer leert hierdoor de karakters ook beter kennen en vinden het verhaal zo interessanter. 
Het opvallendste fragment:
“Het was alsof iemand plotseling het licht aan had aangedaan in Harry's brein. 'Ron,' fluisterde hij. 'Dit is het! Dit is het antwoord. Het monster uit de kamer is een Basilisk - een reuzachtige slang. Daarom hoorde alleen ik die stem! Omdat ik sisseltong spreek...' Harry keek naar de andere bedden. 'De Basilisk doodt mensen door hen aan te kijken. Maar er is nog niemand dood gegaan - omdat niemand recht in zijn ogen heeft gekeken. Kasper zag hem door zijn camera. De basilisk verbrandde de film, maar Kasper werd alleen versteend. Joost... Joost moet de basilisk door Haast Onthoofde Henk heen hebben gezien! Henk zag hem wel rechtstreeks, maar kon niet nóg een keer doodgaan... en naast Hermelien en dat meisje van Ravenklauw lag een spiegeltje. Hermelien had beseft dat het monster een basilisk was. Ik wed dat ze de eerste de beste die ze tegenkwam waarschuwde dat ze eerst om de hoek moest kijken! En dat meisje had een spiegeltje bij zich - en -' Rons mond hing open. 'En mevrouw Norks dan?' fluisterde hij gretig. Harry dacht diep na en probeerde zich het tafereel op de avond van Halloween weer voor de geest te halen. 'Dat water...' zei hij langzaam. 'Die overstroming in de wc van Jammerende Jenny. Ik wil wedden dat mevrouw Norks alleen een weerkaatsing in die plas zag...' Hij las de bladzijde nogmaals aandachtig over. Hoe langer hij erover nadacht, hoe logischer het leek. 'Het kraaien van de haan is hem fataal!'  las hij hardop voor. 'Hagrids hanen werden gedood! De Erfgenaam van Zwadderich wilde niet dat er een haan in de buurt zou zijn als de kamer geopend werd! Spinnen vluchten voor hem!  Het klopt allemaal!' 'Maar hoe verplaatste die basilisk zich dan door de school?' zei Ron. 'Zo'n smerige grote slang... die zou toch gezien zijn...' Harry wees op het woord dat Hermelien onder aan de pagina had gekrabbeld. 'Buizen,' zei hij. 'Buizen... Ron, hij gebruikte de pijpleidingen. De stem die ik hoorde kwam uit de muren...' Plotseling greep Ron Harry's arm. 'De ingang van de Geheime Kamer!' zei hij schor. 'Stel dat die zich in een toilet bevindt? Stel dat hij zich bevindt in -'
'-het toilet van Jammerende Jenny!' zei Harry opgewonden. Daar zaten ze, rillend van opwinding; ze konden het haast niet geloven.” (Blz. 216-217)
Ik vond dit het meest opvallende moment omdat hier alle puzzelstukjes in elkaar vallen voor niet alleen Harry en Ron, maar ook de lezer. Het mysterie is ontrafeld, alleen het probleem moet nog worden opgelost.

Hoofdstuk 4: Verwerkingsopdrachten

Korte opdracht nr. 4

Lange opdracht nr. 1

Bronvermelding

Harry Potter en de Geheime Kamer
http://members.chello.nl/~h.kip/werkstuk/page5.html