Fictie Blok 3, Opdracht 2.2
Zaterdagmiddag 2 uur. Ik had net mijn bord geplette bonen op voor de lunch toen de deur open ging. Ik dacht dat het de dokter was of visite van een andere patient, maar de visite bleek voor mij te zijn. Ik had helemaal niet meer over Nathan nagedacht maar hij blijkbaar wel over mij. Hij liep op krukken en had een verband om een van zijn polsen. 'Hoi Marit' zei hij. Ik wist niet goed wat ik moest doen. Ik vond hem leuk, vond ik hem nog steeds leuk of moest ik boos zijn omdat hij dronken achter een stuur is gaan zitten waardoor ik nu voor de rest van mijn leven verlamd ben. In plaats van te praten draaide ik mijn hoofd weg. Hij kwam naast me zitten op een kruk. We waren even stil, toen zei ik: 'Hoe gaat het met je moter?' Hij was blijkbaar blij dat ik niet begon over het ongeluk want hij glimlachte even. 'Niet zo best, hij heeft een harde klap gemaakt.' We keken elkaar heel lang aan voordat hij zei: 'Het spijt me Marit, het spijt me heel erg. Ik heb nog nooit in mijn leven zoiets stoms gedaan' Hij wachtte niet op antwoord maar gaf me een kus op mijn wang en liep de kamer uit. Ik bleef staren naar de plek waar hij de kamer had verlaten tot de zuster binnenkwam om mijn bord en bestek op te halen. Op het moment dat zij mijn bord oppakte begon het water in het glas op mijn nachtkastje te trillen. Toen begon het nachtkastje ook te trillen en toen mijn bed tot het hele gebouw stond te schudden. Er vielen brokken steen naar beneden en doordat ik me niet kon bewegen kon ik niet weg. Het alarm ging en in de verte hoorde ik de sirene. Gillende dokters, patiënten en andere mensen renden de trap af. Ik gilde de longen uit mijn lijf tot een groot brok steen mij het zwijgen op legde.
Judith Gabel 2E
Hoi Judith,
BeantwoordenVerwijderenEcht een super goed stukje! Heel gedetailleerd en heel mooi geschreven. Ik heb er eigenlijk niks op aan te merken. Wel is het ongeloofwaardig dat uiteindelijk alles begint te trillen, maar dat laat het verhaal wel mooi eindigen. Ga zo door!!
Groetjes Eva